Rust en rifkorven in Windplanblauw
Door Odette Houtkoop
In de noordwesthoek van Flevoland, in de gemeenten Dronten en Lelystad, wordt gewerkt aan Windplanblauw. Een deel hiervan bevindt zich in het IJsselmeer. Hier worden 28 oude windturbines vervangen door 24 hogere en krachtigere windturbines. De oude windturbines zijn inmiddels afgebroken en er wordt gewerkt aan 24 nieuwe fundaties.
Uit onderzoek blijkt dat de komst van Windplanblauw, met windturbines in het IJsselmeer, het leefgebied van (met name) de fuut enigszins verstoort. Daarom worden er compenserende maatregelen getroffen om deze verstoring te beperken. De fuut krijgt een eigen (duidelijk gemarkeerd) rust- en ruigebied van circa 252 hectare, waar uiteraard ook andere vogels gebruik van kunnen maken. Dit gebied zal jaarlijks van 1 augustus tot 31 maart worden afgesloten voor de recreatie- en beroepsscheepvaart. Een klein aantal vissers heeft compensatie en mag wel vissen in dit afgesloten gebied. Als extra compenserende maatregel zijn er in het gebied 200 rifkorven (of -ballen) geplaatst (acht secties van 25 rifkorven). Die trekken mosselen en vis aan, waardoor er meer voedsel is voor de fuut en andere bezoekers van het gebied.
Wat zijn rifballen of -korven?
Een rifbal is een betonnen korf in de vorm van een bijenkorf en is één tot anderhalve meter hoog en breed. Een rifbal weegt circa 800 kg en is voorzien van gaten waardoor vissen de korf in en uit kunnen zwemmen. De bovenkant is gesloten en de diameter van de gaten is specifiek afgestemd op de grootte van bepaalde watervogels, waardoor de rifbal een veilige haven biedt tegen predatie door bijvoorbeeld aalscholvers. De robuustheid is afgestemd op de onstuimige weersomstandigheden die in het IJsselmeergebied kunnen voorkomen.
Experiment en resultaat
Tijdens een veldexperiment in 2012 in het Markermeer zijn 76 korven over een oppervlakte van ruim 1.200 vierkante meter geplaatst. Gedurende drie jaar is de ontwikkeling van het onderwaterleven op het rif uitgebreid gevolgd. Al snel na de plaatsing van de rifkorven werden deze gekoloniseerd door broed van Dreissena mosselen. Binnen twee jaar was er een dikke laag mosselen aanwezig op de buiten- en binnenkant van de rifkorven. Tussen de mosselen kropen ongewervelde diertjes rond, zoals vlokreeftjes. Onderzoek met onderwatercamera’s toonde aan dat vissen veelvuldig gebruikmaken van de rifkorven om te schuilen en te foerageren. Jonge vis gebruikt het rif waarschijnlijk als schuilplaats en opgroeigebied. Op camerabeelden is te zien dat vissen foerageren op de waterorganismen op het oppervlak van de rifkorven. De rifkorven ontwikkelden zich binnen enkele jaren tot kleine ecosysteempjes. Tijdens een schietfuikbemonstering in het najaar van 2014 werden in totaal zes vissoorten gevangen bij het rif, waaronder veel pos maar ook spiering. Bij het rif werd bovendien twee keer zoveel vis aangetroffen als in een nabij gelegen referentiegebied met een kale zandbodem.
Lees meer over dit experiment in Visionair nr. 43 van maart 2017.
Monitoring van het nieuwe rif in Windplanblauw
Het veldexperiment werd uitgevoerd in het Markermeer. De vraag is of dit representatief is voor andere plekken in het IJsselmeer. Niels Brevé van Sportvisserij Nederland en Wageningen University & Research: “Naar mijn idee is het experiment representatief voor zoet water. Monitoring zal meer duidelijkheid geven over de ontwikkeling van het nieuwe rif en de snelheid daarvan. Op dit moment zijn er plannen om de monitoring door middel van beelden (duiken) uit te voeren. Maar Windplanblauw staat open voor andere vormen van monitoring. Ons voorstel is om een sensing box te plaatsen bij het nieuwe rif bij Windplanblauw. Dit geeft een beeld van de ontwikkeling van biodiversiteit in alle facetten, van micro tot macro. Wij hebben al een sensing box staan in zout water, bij de rifballen op de Maasvlakte/Noordzee. Wij zien hier aangroei van mossels, waterpokken en Japanse oesters. En we zien dat zeevissen zoals driedradige meun, maar ook aal de locatie gebruiken als schuilplaats.
Door een sensing box bij Windplanblauw te plaatsen kunnen we een vergelijking maken tussen de ontwikkeling van een rif in zoet en zout water. In beide gevallen verwachten we een zeer positieve ‘bevolking’ van deze kunstmatige rifstructuren. Zodra er meer bekend is over de monitoring bij Windplanblauw kom ik er graag op terug.”
Tot slot
Coalitie Blauwe Hart Natuurlijk heeft voorgesteld om naast de rifballen ook te werken met dood hout op de bodem. Dat lijkt voor vissen een ideale leefplek te zijn, maar we hebben hier op wat grotere schaal nog geen ervaring mee opgedaan. Windplanblauw is in gesprek met het Waterschap Zuiderzeeland om samen het futenrustgebied en de vooroever beter in te richten om daarmee de biodiversiteit maximaal te stimuleren. Mogelijk kan dood hout daar ook een onderdeel van vormen.